Composteren

Composteren is een natuurlijke kringloop van verrotting en hergroei. Door je huis- en tuinafval op een hoop te gooien kun je voeding voor je planten maken. Klinkt goed, maar hoe maak je goede compost?

Houd rekening met 1/3 keukenresten, 1/3 groen tuinafval en 1/3 bruin tuinafval. Ten tweede is de vochtigheidsgraad belangrijk. Het moet aanvoelen als een uitgeknepen spons. En tenslotte de temperatuur, de hoop mag niet uitdrogen, maar moet voldoende warmte hebben om het proces op gang te houden. De kunst om een goed evenwicht te vinden!

Hoe diverser je de hoop opbouwt, hoe beter. Hoe groot de hoop moet zijn is afhankelijk van de ruimte die je hebt en hoeveel afval je produceert. Qua materiaal zijn er verschillende mogelijkheden: een kooi van gaas, stapelbare plastic bakken, houten bakken, enz.

De hoop omkeren mag, maar hoeft niet. Het composteerproces gaat dan sneller, maar er gaan hierdoor ook organismen dood.

Wormencompost

Een andere vorm van composteren is met een wormenbak. Deze bakken inclusief wormen (dit zijn speciale wormen) kan je kant en klaar kopen. De bak is helemaal dicht en het neemt weinig ruimte in. De compostwormen vermeerderen zich snel, je kan ze aan de kippen voeren of aan vrienden en familie geven.

Deze bakken vul je met 2/3 groente- en 1/3 fruitafval. Zet de bakken op een plek in de tuin waar ze tussen de 13 en 25 graden Celsius bereiken. Na 2 maanden kan je al de wormenmest gebruiken.

In de bodem van de bak wordt een vloeibaar brouwsel opgevangen. Deze kan je zeven en verdund (10:1) gebruiken om planten te bemesten.

Succes!